Verover Nederland met je Belgische website! 8 tips!

Photo of author
Door: Edo Dijkgraaf

In Nederland verkopen met een Belgische website? Dat is niet eenvoudig, maar zeker wel goed mogelijk. 8 tips om Nederland te veroveren met je .be website.

Foto van een bankbiljet van 500 euro met erop de tekst "From Holland with love!!"

Google trekt Nederlandse websites voor in zoekresultaten van Nederlanders. Dat is niet gek, want Google streeft ernaar iedereen zoveel mogelijk lokaal te bedienen. Om met een Vlaamse website in de Nederlandse zoekresultaten terecht te komen, moeten we slim zijn. Vlamingen hebben kwaliteiten waar Nederlanders alleen maar van kunnen dromen. Die kwaliteiten gaan we uiteraard keihard benutten, maar dat is niet het enige.

Acht tips om in Nederland te verkopen met een Belgische website.

Bij online verkopen denken we al snel aan een webshop, maar dit artikel is niet alleen voor ondernemers met een webshop.

Vertaal de website in het Nederlands

Doe je huiswerk als je je richt op Nederlanders. Er zijn woorden die Nederlanders wel kennen, maar die ze nooit (of zelden) zullen gebruiken en die ze dus ook niet zullen gebruiken bij een zoekopdracht.

Het gaat er niet om wie gelijk heeft, op het moment dat je wilt verkopen. Bij Tien voor Taal wint België bijna altijd, maar daar kun je niet van eten.

Voorbeeld van Nederlands versus Vlaams

Een Nederlander zal niet snel zoeken naar immo in Antwerpen, maar wel naar een makelaar. In de volksmond hebben Nederlanders het over een huurhuis, maar zo gauw ze googlen zoeken ze naar een huurwoning.

Het klinkt vast tegenstrijdig, maar de beste manier om een tekst vindbaar te maken, is volgens mij niet door te focussen op een bepaald woord. Veel beter kun je ze gewoon allemaal gebruiken. Op de computers van ComBron staat synoniemen.net dan ook bijna altijd open.

Animated gif (bewegend plaatje) van een screendump van de zoekresultaten in Google voor de zoekwoorden onroerend goed en de afkorting o/g.

Als je als makelaar dan ook je termen goed afwisselt, doe je het nog beter. De afbeelding hierboven vertelt ons dat onroerend goed niet de enige term is om te gebruiken, en dat o/g veel groter is volgens Google.

Een handige website voor het vertalen is Wablief.

Maak een lijstje met je sterke en je zwakke punten

Er zijn een paar zaken waar je als Vlaams bedrijf de Hollanders voor moet laten gaan, zoals bij de snelheid van verzenden. In Nederland zijn er webwinkels die de volgende dag leveren zolang je de dag ervoor maar voor 23:00 uur bestelt. Sterker, als je wat extra betaalt, leveren ze dezelfde dag nog. Wie graag mee wil doen aan deze ratrace, zal zijn/haar producten in Nederland moeten opslaan, maar dat is niet raadzaam voor kleine ondernemers. Je wilt immers ook nog wat verdienen?

Er zijn gelukkig tal van zaken waaraan de Jan-Kezen niet kunnen tippen.

In Nederland:

  1. zijn er ellenlange wachtlijsten voor operaties;
  2. kunnen ze geen bier brouwen;
  3. hebben ze geen idee op welke dag van de week de kok van hun favoriete restaurant zijn vrije dag heeft;
  4. snappen ze niks van de Vlaamse hiërarchische verhoudingen;
  5. denken ze dat Belgen Nederlanders zijn die Vlaams spreken;
  6. kopen ze met veel liefde je voorraad op van artikelen die in Nederland uitverkocht zijn.
  7. is de kennis over de zuiderburen en hun prachtige land niet optimaal.

 
Het ligt voor de hand, maar ga het gevecht alleen aan als je weet dat je kan winnen. Computers en computeronderdelen kun je bijvoorbeeld alleen in Nederland kwijt als je flink soldeert of als je koopwaar in Nederland uitverkocht is. Dit in tegenstelling tot delicatessen, typisch Vlaamse en andere exclusieve producten.

Een product is niet altijd iets waar een postzegel en een facteur aan te pas komt. Het verhuren van vakantiewoningen of het aanbieden van arrangementen (kuuroorden, restaurants, etc) lijken bijna succes verzekerd.

Ebay en Amazon zijn zinloos. Nederlanders kopen en verkopen het meeste via Marktplaats.

Een eigen webshop is geweldig als je doelgroep je weet te vinden. Ondernemers die een grotere groep consumenten willen bereiken, doen er meestal goed aan om in te zetten op de eigen website en op de grote Nederlandse e-commerce– en handelsplatformen.

Jaren geleden zag Ebay in dat het marktaandeel in West-Europa terugliep. Daarom is 2dehands.be in handen van Ebay. 2dehands.be heet in Nederland tweedehands.nl, maar het Nederlandse marktaandeel is niet te vergelijken met de dominantie van 2dehands.be in Vlaanderen. In Nederland koopt en verkoopt men vooral met Marktplaats (8.200.000 bezoekers per maand). Ook Marktplaats is eigendom van Ebay.

Adverteren?

Google toont in Nederland zoveel mogelijk Nederlandse websites en en België zoveel mogelijk Belgische websites. Uiteraard is het verstandig om ervoor te zorgen dat de website van je onderneming ook in de Nederlandse zoekresultaten verschijnt, maar wie op zeker wil gaan adverteert in Nederland.

Adverteren op vakwebsites is in België gebruikelijker dan in Nederland. Lees het artikel over adverteren op Facebook en Instagram, want zo bereik je de Nederlanders.

Webshop? iDeal!

Nederlanders kopen gemakkelijk online, maar als ze niet met iDeal kunnen betalen, dan haken ze af. Zelfs bij Aliexpress kan er met iDeal betaald worden.

Probeer het wiel niet zelf uit te vinden

Originaliteit is een deugd, maar wees je ervan bewust dat mensen niet op je website komen omdat ze niets te doen hebben. Knoppen hebben een vaste plaats (een navigatiemenu boven en een keuzemenu links) en zijn groot en duidelijk. Weet je niet meer precies hoe het zit? In het kader van “beter goed gestolen, dan slecht verzonnen” staan Amazon en Coolblue ter beschikking. Een bedrijf als Amazon spendeert maandelijks miljoenen dollars aan onderzoek. De usability (gebruiksgemak) en slim adverteren hebben ervoor gezorgd dat Amazon in een paar jaar tijd de grootste webwinkel van de wereld is geworden.

Video is emperor

Tien jaar geleden riep ik: ‘Video is king!’, maar dat had ik mis. Video is the emperor.

Met video bereik je veel meer mensen dan met een website alleen. Ieder bedrijf dat de gebruiksaanwijzing van producten niet filmt en op YouTube en Facebook klapt, gooit klanttevredenheid, bereik en dus marktaandeel in de sloot.

Als ik de ramen en deuren van mijn woning vóór de winter nog even optimaal wil afstellen om tocht en ergernis te voorkomen, moet ik voor de uitleg op YouTube luisteren en kijken naar Duitsers. Het heeft me best wat tijd gekost om te ontdekken wat een scharnier is in het Duits. Als er een Nederlander of een Belg een goede video had gemaakt, dan was ik bij hem/haar terechtgekomen. Daarmee heeft de maker van de video nog niets verkocht, maar als ik volgend jaar mijn dakramen moet vervangen, dan zou ik als eerste aan de ondernemer met de video denken.

Voice – de volgende grote bron

Met het uitblijven van Amazon heeft Alexa hier voorlopig geen potentieel, maar de Google Assistant (Oké Google!) en Siri als ze ooit leert luisteren (Hey Siri!) des te meer. Met het juiste idee kun je je bedrijf voor de komende tien jaar onsterfelijk maken.

Voicemarketing is de komende anderhalf jaar een activiteit waarmee je waarschijnlijk vooral nerds en early adopters bereikt. Dat is geen probleem, want dan kun je nog even oefenen vóórdat voice (opdrachten en vragen met de stem ipv het toetsenbord) door de grote massa omarmt wordt. De Google Assistant is pas sinds kort in het Nederlands beschikbaar, maar het zal een grote vlucht nemen.

Wat is er gemakkelijker dan typen? Spreken natuurlijk!

In de video laat Google zien dat de Google Assistant een afspraak kan maken. Praten tegen Siri of de assistant zal een gewoonte worden. Slimme bedrijven spelen hier al op in. Zeg morgenochtend maar eens ‘Goedemorgen!’ tegen de assistant en laat je verrassen.

Het is niet gek om te denken dat je website niets te maken heeft met voicemarketing. Siri en de Google Assistant moeten echter wel gevoed worden. Dat doe je met je website. Wie het goed doet zal de aandacht voor zijn/haar bedrijf niet zien verschuiven, maar zien groeien. Met voice kun je immers ook tijdens het koken of onder het autorijden het internet raadplegen.

Reageren? Graag!